De Zuidelijke Nederlanden is de (verzamel)naam voor de verschillende landsheerlijkheden uit de Habsburgse Nederlanden die onder het gezag van de Habsburgers bleven,
nadat de Noordelijke Nederlanden zich in 1581 hadden afgescheiden. Omdat de Habsburgse landsheer in deze periode tevens koning van Spanje was,
werden deze gebieden ook wel de Koninklijke of Spaanse Nederlanden genoemd, ter onderscheiding van de Noordelijke Republiek der Verenigde Nederlanden.
ScheidingDe Zuidelijke Nederlanden ontstonden als gevolg van de afscheiding van de Noordelijke Nederlanden bij de Acte van Verlatinghe van 1581.
De facto werd de scheiding bewerkstelligd door de Val van Antwerpen in 1585 en vele andere militaire successen van Alessandro Farnese, de latere hertog van Parma.
Reeds bij de dood van landsheer Filips II in 1598, bleken daardoor de Nederlanden verdeeld te zijn geraakt:
-Enerzijds de vrijgevochten noordelijke gewesten (voortaan de Verenigde Provinciën of de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden genoemd), met het calvinisme als staatsgodsdienst en een groeiende rol voor de Oranjedynastie.
-Anderzijds de zuidelijke gewesten, waar met de hulp van de Spaanse troepen de Bourgondisch-Habsburgse dynastie en het Rooms-Katholicisme als staatsgodsdienst bewaard bleven en het daar aanwezige calvinisme werd uitgeroeid.
Albrecht en IsabellaOmdat Filips II weinig vertrouwen had in zijn zoon en opvolger Filips III, droeg hij op 6 mei 1598 de Zuidelijke Nederlanden over aan zijn dochter en vertrouwelinge Isabella van Spanje,
dit als bruidsschat voor haar verloving met aartshertog Albrecht uit de Oostenrijkse lijn van het Huis Habsburg.
Als één van de voorwaarden voor deze overdracht had Filips II bepaald dat mocht Isabella kinderloos overlijden, de Zuidelijke Nederlanden weer aan de Spaanse kroon zouden terugvallen.
Zeven maanden na de dood van Filips II op 13 september 1598 traden Albrecht en Isabella in het huwelijk en vestigden zij zich in het Paleis op de Koudenberg in Brussel.
Zij hadden een kennelijk gelukkig huwelijk en kregen drie kinderen, die echter al kort na de geboorte overleden.
Na de jaren van oorlog met de opstandige Noordelijke gewesten, deden Albrecht en Isabella veel om de omstandigheden in hun gewesten te verbeteren.
Onder hun bewind genoten de Zuidelijke Nederlanden een grote mate van zelfstandigheid, maar konden zich nog niet tot een volwaardige nationaliteit ontwikkelen.
In 1609 wist Albrecht het Twaalfjarig Bestand te sluiten, waarna een periode van relatieve rust en bloei aanbrak. In hetzelfde jaar 1609 werd Peter Paul Rubens tot hofschilder benoemd,
waarmee de Barok haar intrede in de Nederlanden deed. Ook het religieuze leven kreeg vanuit de contrareformatie een nieuwe impuls. Albrecht en Isabella waren hier ook persoonlijk actief bij betrokken,
waardoor zij geliefd werden bij de bevolking.
Nadat in april 1621 het Twaalfjarig Bestand was afgelopen, overleed in juli aartshertog Albrecht. Omdat hij en Isabella geen nakomelingen hadden, vielen de Zuidelijke Nederlanden weer terug aan Spanje.
Als landvoogdes in naam van de nieuwe Spaanse koning Filips IV bleef Isabella wel aan het bewind in Brussel. Anders dan Filips IV bleef zij zich echter nog wel inzetten voor vrede met de Noordelijke Nederlanden,
en stuurde daartoe in 1623 haar hofschilder Rubens naar Den Haag, evenwel zonder resultaat. Aartshertogin Isabella overleed in 1633.
OorlogenIn 1635 verbonden de Verenigde Provinciën zich met Frankrijk, dat tot het einde van de 17e eeuw aan de zuidergrens zou knagen. De onophoudelijke oorlogen,
tijdens en na het bondgenootschap van Frankrijk met de Republiek, waren bijzonder verwoestend voor de Zuidelijke gewesten:
zo werd Brussel in augustus 1695 door de Franse troepen van maarschalk Nicolas de Neufville, hertog van Villeroi langdurig gebombardeerd.
Tijdens deze militair nutteloze actie werd de Grote Markt en een groot deel van de stad door brand verwoest. Als gevolg van de strijd op twee fronten,
Frankrijk in het zuiden en de Republiek in het noorden, ontstonden in de 17e eeuw niet alleen de huidige noorder- en zuidergrenzen (1648 Westfalen, 1713 Utrecht)
maar ook een uitgesproken Zuid-Nederlands bewustzijn boven de blijvende verscheidenheid van de vorstendommen.
Sinds 1580 was het prinsbisdom Luik intussen vanuit Duitsland door prinsbisschoppen van het Huis van Beieren geregeerd.
Daar het steeds neutraal was kunnen blijven, was het prinsbisdom Luik grotendeels aan de verwoestingen van de voorbije oorlogen ontsnapt.
Ondertussen hadden Maurits van Oranje en Frederik Hendrik grote delen van de Nederlanden weten te veroveren voor de Republiek der Verenigde Nederlanden.
Zo ontstond bij de Vrede van Münster in 1648 een grens die dwars door de Zeventien Provinciën liep.
Spaanse SuccessieoorlogDe Spaanse tak van de Habsburgers stierf uit in 1701, waarna de Spaanse Successieoorlog uitbrak. Deze oorlog werd in 1713 afgesloten met de Vrede van Utrecht.
Daarbij werd bepaald dat er in Spanje een koning uit het Huis Bourbon kwam en dat de Zuidelijke Nederlanden,
omdat er formeel enkel een personele unie bestond tussen Spanje en de Zuidelijke Nederlanden was, naar de Oostenrijkse Habsburgers ging.
Vanaf dan staan de Zuidelijke Nederlanden bekend als de Oostenrijkse Nederlanden.
GebiedenDe Zuidelijke Nederlanden bestonden uit de hieronderstaande, formeel zelfstandige landsheerlijkheden:
- Artesië
- Brabant ("Konings-Brabant", tegenover Staats-Brabant)
- Mechelen
- Doornik en het Doornikse
- Limburg
- Opper-Gelre
- Henegouwen
- Luxemburg
- Namen
- Vlaanderen ("Konings-Vlaanderen", tegenover Staats-Vlaanderen)
- Rijsels-Vlaanderen
- later ook West-Vlaanderen
De meeste van deze gebieden behoren tegenwoordig tot België, maar enkele maken nu deel uit van Frankrijk, Nederland of Luxemburg. Ook in Duitsland liggen enkele kleine stukjes.
:link: